Overslaan en naar inhoud gaan

Terbeschikkingstellingen in de automatische-toekenningsgroepen

De meeste terbeschikkingstellingen in de automatische-toekenningsgroepen gingen naar jongvolwassenen die overstapten van ondersteuning door een MFC (zorgcontinuïteit) en naar personen in een noodsituatie.

Tabel: terbeschikkingstellingen in de automatische-toekenningsgroepen in 2019
Procedure Aantal
Tijdelijke noodsituatie 280
Verlenging PVB na nood 257
Definitief PVB na nood 233
Maatschappelijke noodzaak 217
Spoedprocedure 100
Zorgcontinuïteit MFC 583
Zorgcontinuïteit PAB 66
Definitief PVB na transitie CRZ 290
Procedure 7/7 177
Totaal 2.203

In 2019 werden 2203 persoonsvolgende budgetten ter beschikking gesteld in de automatische-toekenningsgroepen.

Er werden 280 tijdelijke budgetten ter beschikking gesteld aan personen in een acute noodsituatie (bijvoorbeeld wanneer het netwerk plots wegvalt). Zij krijgen een tijdelijk budget voor 22 weken. Als er een indicatie is dat er geen oplossing zal zijn voor de noodsituatie na afloop van de 22 weken, dan kan een procedure doorlopen worden om een definitief persoonsvolgend budget aan te vragen. Die aanvraagprocedure moet in principe binnen de 22 weken afgerond worden. Is dat niet haalbaar, dan wordt het tijdelijke budget eenmalig verlengd voor een periode van 12 maanden. Er werden 257 persoonsvolgende budgetten in het kader van zo'n eenmalige verlenging (tijdelijk PVB na nood) ter beschikking gesteld. Het gaat daarbij ook om verlengingen van budgetten van personen aan wie al in 2018 een persoonsvolgend budget voor een noodsituatie ter beschikking werd gesteld. Daarnaast werden er in 2019 233 budgetten ter beschikking gesteld aan personen die een definitief budget kregen na een noodsituatie. Ook hier kan het gaan om budgetten van personen aan wie al in 2018 een tijdelijk persoonsvolgend budget na een noodsituatie werd ter beschikking gesteld.

Het VAPH stelde 217 budgetten ter beschikking aan personen in een situatie van maatschappelijke noodzaak (bijvoorbeeld wanneer er sprake is van misbruik of ernstige verwaarlozing).

100 personen met een snel degeneratieve aandoening kregen een persoonsvolgend budget ter beschikking gesteld via de spoedprocedure.

Er werden 583 budgetten ter beschikking gesteld aan jongvolwassenen die ondersteuning kregen vanuit een multifunctioneel centrum (MFC) voor minderjarigen. Zij hebben ook als meerderjarige nood aan VAPH-ondersteuning. Dit is de procedure zorgcontinuïteit MFC. Daarnaast zijn er ook jongvolwassenen met een persoonlijke-assistentiebudget (PAB). Zij kunnen via de procedure zorgcontinuïteit PAB een persoonsvolgend budget krijgen om hun ondersteuning verder te zetten, als ze de aanvraagprocedure voor een persoonsvolgend budget doorlopen tussen de leeftijd van 18 en 22 jaar. In 2019 werden 66 budgetten ter beschikking gesteld via deze procedure.

Voor 290 personen die op basis van de vertaalde vraag op de centrale registratie van zorgvragen (CRZ) een persoonsvolgend budget kregen, werd een geobjectiveerd budget voorzien. Het gaat hier meestal om een verhoging.

In het kader van de procedure 7/7 werden 177 budgetten ter beschikking gesteld. Het gaat om personen die in het oude systeem een goedkeuring hadden voor residentiële, voltijdse zorg maar bijvoorbeeld een à twee dagen thuis werden opgevangen. Zij konden een beroep doen op de procedure 7/7, als het niet langer mogelijk was om thuis opgevangen te worden. Die procedure garandeerde in dat geval dat onmiddellijk en voltijds ondersteuning geboden kan worden.

Het aantal budgetten is niet gelijk aan het aantal personen dat een budget kreeg. Eén persoon kan opeenvolgend meerdere budgetten gekregen hebben. Zo kan iemand een budget via de procedure noodsituatie gekregen hebben, daarna een budget via verlenging nood en daarna een definitief budget na nood.

De cijfers gaan over terbeschikkingstellingen in 2019, ongeacht of de procedure al eerder gestart was.

35% van de personen die een terbeschikkingstelling kregen via een procedure noodsituatie, maatschappelijke noodzaak of spoedprocedure, stonden al in een prioriteitengroep.

Het feit dat een groot deel van de terbeschikkingstellingen via de automatische- toekenningsgroepen ging, wil niet zeggen dat er totaal geen impact is voor de personen die wachten op een persoonsvolgend budget in de prioriteitengroepen. 35% van de personen die in 2019 een terbeschikkingstelling kregen via de procedure noodsituatie, maatschappelijke noodzaak of spoedprocedure, stonden immers al in een prioriteitengroep. De meesten van hen stonden geregistreerd in prioriteitengroep 3.

Tabel: aantal personen met een terbeschikkingstelling via een automatische-toekenningsgroep in 2019 die al dan niet in een prioriteitengroep stonden op 31.12.2018
  In een prioriteitengroep Niet in een prioriteitengroep Totaal aantal
Aantal in PG 1 Aantal in PG 2 Aantal in PG 3 Totaal aantal Percentage Aantal Percentage
Noodsituatie 22 12 93 127 45% 153 55% 280
Maatschappelijke noodzaak 17 5 54 76 35% 141 65% 217
Spoedprocedure 2 0 2 4 4% 96 96% 100
Totaal 41 17 149 207 35% 390 65% 597