Overslaan en naar inhoud gaan

Beoordeelde aanvragen door de RPC

De procedure voor het aanvragen van een persoonsvolgend budget impliceert dat alle dossiers beoordeeld worden op prioriteit door de regionale prioriteitencommissie (RPC). Die beoordeling laat toe om alle aanvragen te ordenen in een van de drie prioriteitengroepen en binnen die groepen een chronologische ordening te hanteren.

Uitzondering daarop vormen de aanvragen die verlopen via de zogenaamde automatische-toekenningsprocedures. Voor die aanvragen is geen beoordeling van de prioriteit nodig: die dossiers worden per definitie als dermate urgent beschouwd, dat een onmiddellijke terbeschikkingstelling van een persoonsvolgend budget noodzakelijk wordt geacht. Alleen voor dossiers die ingediend worden via de procedure maatschappelijke noodzaak is een oordeel van de regionale prioriteitencommissie - met name over het al of niet voldoen aan de criteria van maatschappelijke noodzaak - vereist.

In 2019 beoordeelde de regionale prioriteitencommissie 3176 aanvragen voor een persoonsvolgend budget:

Onderstaande tabellen tonen het aantal beoordeelde dossiers opgedeeld per procedure, per provincie en per kwartaal. Bij deze cijfers kan opgemerkt worden dat het aantal beoordeelde dossiers in 2019 schommelt over de kwartalen heen, maar hierbij is geen duidelijke trend merkbaar. Het hoogste aantal beoordeelde dossiers werd vastgesteld in de provincie Antwerpen. In de overige provincies werden een vergelijkbaar aantal dossiers beoordeeld.

  Volledige procedure Herziening prioriteit Totaal
2019/1 655 99 754
2019/2 727 122 849
2019/3 575 93 668
2019/4 779 126 905
2019 2.736 440 3.170

Tabel 1: aantal door de RPC beoordeelde dossiers in 2019 per kwartaal

  Volledige procedure Herziening prioriteit Totaal
Antwerpen 763 88 851
Limburg 472 74 546
Oost-Vlaanderen 461 104 565
Vlaams-Brabant en Brussels Hoofdstedelijk Gewest 549 77 626
West-Vlaanderen 491 97 588
Totaal 2.736 440 3.176

Tabel 2: aantal door de RPC beoordeelde dossiers in 2019 per provincie

Resultaat van de beoordeling door de regionale prioriteitencommissie

Van de 2736 PVB-vragen die werden ingediend binnen de volledige aanvraagprocedure, werden de meeste vragen in elk kwartaal van 2019 ingedeeld in prioriteitengroep 2 (PG 2). De verhouding tussen de prioriteitengroepen bleef stabiel doorheen het jaar.

Tabel 3: resultaat van de beoordeling bij dossiers met een volledige aanvraagprocedure in 2019 per kwartaal
  MaNo PG 1 PG 2 PG 3 Totaal
2019/1 26 4,0% 202 30,8% 280 42,7% 147 22,4% 655
2019/2 37 5,1% 215 29,6% 331 45,5% 144 19,8% 727
2019/3 31 5,4% 154 26,8% 278 48,3% 112 19,5% 575
2019/4 30 3,9% 220 28,2% 354 45,4% 175 22,5% 779
2019 124 4,5% 719 28,9% 1.243 45,4% 578 21,1% 2.736
Tabel 4: resultaat van de beoordeling bij dossiers met een volledige aanvraagprocedure in 2019 per provincie
  MaNo PG 1 PG 2 PG 3 Totaal
Antwerpen 34 4,5% 215 28,2% 321 42,1% 193 25,3% 763
Limburg 17 3,6% 85 18,0% 207 43,9% 163 34,5% 472
Oost-Vlaanderen 26 5,6% 182 39,5% 193 41,9% 60 13,0% 461
Vlaams-Brabant en Brussels Hoofdstedelijk Gewest 24 4,4% 175 31,9% 238 43,4% 112 20,4% 549
West-Vlaanderen 23 4,7% 134 27,3% 284 57,8% 50 10,2% 491
Totaal 124 4,5% 719 28,9% 1.243 45,4% 578 21,1% 2.736

Van de 440 aanvragen tot herziening van de prioriteitengroep, werd het merendeel van de vragen ingedeeld in prioriteitengroep 1 (PG 1) en prioriteitengroep 2 (PG 2). Slechts een beperkt aantal vragen werd door de regionale prioriteitencommissie opnieuw ingedeeld in prioriteitengroep 3 (PG 3).

Tabel 5: resultaat van de beoordeling bij dossiers met enkel aanvraag tot herziening prioriteitengroep in 2019 per kwartaal
  MaNo PG 1 PG 2 PG 3 Totaal
2019/1 9 9,1% 42 42,4% 44 44,4% 4 4,0% 99
2019/2 9 7,4% 59 48,4% 47 38,5% 7 5,7% 122
2019/3 11 11,8% 38 40,9% 35 37,6% 9 9,7% 93
2019/4 13 10,3% 54 42,9% 53 42,1% 6 4,8% 126
2019 42 9,5% 193 43,9% 179 40,7% 26 5,9% 440
Tabel 6: resultaat van de beoordeling bij dossiers met enkel aanvraag tot herziening prioriteitengroep in 2019 per provincie
  MaNo PG 1 PG 2 PG 3 Totaal
Antwerpen 4 4,5% 41 46,6% 34 38,6% 9 10,2% 88
Limburg 6 8,1% 26 35,1% 36 48,6% 6 8,1% 74
Oost-Vlaanderen 15 14,4% 48 46,2% 37 35,6% 4 3,8% 104
Vlaams-Brabant en Brussels Hoofdstedelijk Gewest 6 7,8% 39 50,6% 25 32,5% 7 9,1% 77
West-Vlaanderen 11 11,3% 39 40,2% 47 48,5% 0 0,0% 97
Totaal 42 9,5% 193 43,9% 179 40,7% 26 5,9% 440

Doorlooptermijnen beoordeling handicap en prioriteit

De gemiddelde doorlooptermijn voor het beoordelen van aanvragen vanaf de datum van ontvangst tot de beoordeling van de prioriteit bedraagt 72 dagen.

Tabel 7: gemiddelde doorlooptijd in 2019 voor het beoordelen van aanvragen voor een persoonsvolgend budget, uitgedrukt in dagen, per kwartaal
  Gemiddelde doorlooptijd volledige aanvraagprocedure in dagen Gemiddelde doorlooptijd herziening prioriteit in dagen Gemiddelde doorlooptijd in dagen
Met PEC Zonder PEC
2019/1 150,1 69,5 67,4 80,4
2019/2 121,6 56,6 68,1 64,8
2019/3 135,9 69,2 65,7 76,3
2019/4 146,1 58,8 49,7 67,4
2019 139,5 62,9 62,2 71,6
Tabel 8: gemiddelde doorlooptijd in 2019 voor het beoordelen van aanvragen voor een persoonsvolgend budget, uitgedrukt in dagen, per provincie
  Gemiddelde doorlooptijd volledige aanvraagprocedure in dagen Gemiddelde doorlooptijd herziening prioriteit in dagen Gemiddelde doorlooptijd in dagen
Met PEC Zonder PEC
Antwerpen 136,1 65,6 84,5 77,6
Limburg 116,5 56,8 53,0 63,0
Oost-VLaanderen 121,4 48,4 43,3 53,9
Vlaams-Brabant en Brussels Hoofdstedelijk Gewest 194,2 74,5 67,9 86,8
West-Vlaanderen 124,2 65,5 64,2 71,9
Totaal 139,5 62,9 62,2 71,6

Bij de dossiers die de volledige aanvraagprocedure doorlopen, wordt een onderscheid gemaakt tussen dossiers die in eerste instantie nog beoordeeld moeten worden door de provinciale evaluatiecommissie (PEC) wat betreft erkennen van de handicap (365 dossiers) en dossiers die rechtstreeks kunnen doorstromen naar de regionale prioriteitencommissie (RPC) (2371 dossiers).