Overslaan en naar inhoud gaan

Terbeschikkingstellingen in de automatische-toekenningsgroepen

De meeste terbeschikkingstellingen in de automatische-toekenningsgroepen gingen naar jongvolwassenen die overstapten van ondersteuning door een MFC (zorgcontinuïteit) en naar personen in een noodsituatie.

Tabel: aantal unieke personen die een terbeschikkingstelling kregen in 2020, opgesplitst naar reden van terbeschikkingstelling: de automatische-toekenningsgroepen en prioriteitengroepen. 
Reden van terbeschikkingstelling  Aantal unieke personen  Percentage ten op zichte van totaal
Maatschappelijke noodzaak 195 7,64%
7/7 279 10,93%
PVB na CRZ 90 3,53%
Tijdelijke noodsituaties 267 10,46%
Verlenging noodsituaties 262 10,26%
Definitieve noodsituaties 252 9,87%
Spoed 69 2,70%
Zorgcontinuïteit MFC 404 15,82%
Zorgcontinuïteit PAB 116 4,54%
Terbeschikkingstellingen in de prioriteitengroepen 871 34,12%
Totaal aantal unieke personen met een handicap 2.553 100,00%

In 2020 kregen 2553 personen een of meer terbeschikkingstellingen. Voor 871 van hen of ongeveer een derde was dit een terbeschikkingstelling via  een prioriteitengroep. Omdat het mogelijk is dat men naast deze terbeschikkingstelling in hetzelfde jaar ook een terbeschikkingstelling krijgt in een automatische-toekenningsgroep, zien we dat 75% van de 2553 personen minstens een terbeschikkingstelling kreeg als automatische toekenning. Ook hier kan het voorkomen dat eenzelfde persoon meerdere terbeschikkingstellingen krijgt in de loop van hetzelfde jaar. Daarom is de som van het aantal unieke personen per rij hoger dan het weergegeven totaal en de som van de percentages hoger dan 100%.

De cijfers gaan over terbeschikkingstellingen in 2020, ongeacht of de procedure al eerder gestart was.

Er werden 267 tijdelijke budgetten ter beschikking gesteld aan personen in een acute noodsituatie (bijvoorbeeld wanneer het netwerk plots wegvalt). Zij krijgen een tijdelijk budget voor 22 weken. Als er een indicatie is dat er geen oplossing zal zijn voor de noodsituatie na afloop van de 22 weken, dan kan een procedure doorlopen worden om een definitief persoonsvolgend budget aan te vragen. Die aanvraagprocedure moet in principe binnen de 22 weken afgerond worden. Is dat niet haalbaar, dan wordt het tijdelijke budget eenmalig verlengd voor een periode van 12 maanden. Er werden 262 persoonsvolgende budgetten in het kader van zo'n eenmalige verlenging (tijdelijk PVB na nood) ter beschikking gesteld. Het gaat daarbij ook om verlengingen van budgetten van personen aan wie al in 2019 een persoonsvolgend budget voor een noodsituatie ter beschikking werd gesteld. Daarnaast werden er in 2020 252 budgetten ter beschikking gesteld aan personen die een definitief budget kregen na een noodsituatie. Ook hier kan het gaan om budgetten van personen aan wie al in 2019 een tijdelijk persoonsvolgend budget na een noodsituatie werd ter beschikking gesteld.

Het VAPH stelde 195 budgetten ter beschikking aan personen in een situatie van maatschappelijke noodzaak (bijvoorbeeld wanneer er sprake is van misbruik of ernstige verwaarlozing). 

69 personen met een snel degeneratieve aandoening kregen een persoonsvolgend budget ter beschikking gesteld via de spoedprocedure.

Er werden 404 budgetten ter beschikking gesteld aan jongvolwassenen die ondersteuning kregen vanuit een multifunctioneel centrum (MFC) voor minderjarigen. Zij hebben ook als meerderjarige nood aan VAPH-ondersteuning. Dit is de procedure zorgcontinuïteit MFC. Daarnaast zijn er ook jongvolwassenen met een persoonlijke-assistentiebudget (PAB). Zij kunnen via de procedure zorgcontinuïteit PAB een persoonsvolgend budget krijgen om hun ondersteuning verder te zetten, als ze de aanvraagprocedure voor een persoonsvolgend budget doorlopen tussen de leeftijd van 18 en 22 jaar. In 2020 werden 116 budgetten ter beschikking gesteld via deze procedure. 

Voor 90 personen die op basis van de vertaalde vraag op de centrale registratie van zorgvragen (CRZ) een persoonsvolgend budget kregen, werd een geobjectiveerd budget voorzien. Het gaat hier meestal om een verhoging. 

In kader van de procedure 7/7 werden 279 budgetten ter beschikking gesteld. Het gaat om personen die in het oude systeem een goedkeuring hadden voor residentiële, voltijdse zorg maar bijvoorbeeld een à twee dagen thuis werden opgevangen. Zij konden een beroep doen op de procedure 7/7, als het niet langer mogelijk was om thuis opgevangen te worden. Die procedure bood de garantie dat onmiddellijk en volcontinue ondersteuning geboden kon worden.

Een derde van de personen die een terbeschikkingstelling kregen via een procedure noodsituatie, maatschappelijke noodzaak of spoedprocedure, stonden al in een prioriteitengroep

Het feit dat een groot deel van de terbeschikkingstellingen via de automatische- toekenningsgroepen ging, wil niet zeggen dat er totaal geen impact is voor de personen die wachten op een persoonsvolgend budget in de prioriteitengroepen. 33% van de personen die in 2020 een terbeschikkingstelling kregen via de procedure noodsituatie, maatschappelijke noodzaak of spoedprocedure, stonden immers al in een prioriteitengroep. De meesten van hen stonden geregistreerd in prioriteitengroep 3. Het gaat hierbij zelden om mensen met een snel degeneratieve aandoening die in aanmerking komen voor de spoedprocedure.

Tabel: aantal personen met een terbeschikkingstelling via een automatische-toekenningsgroep in 2020 die al dan niet in een prioriteitengroep stonden op 31.12.2019
  In een prioriteitengroep Niet in een prioriteitengroep Totaal aantal
Aantal in PG 1 Aantal in PG 2 Aantal in PG 3 Totaal aantal Percentage Aantal Percentage
Noodsituatie 18 24 71 113 42,32% 154 57,68% 267
Maatschappelijke noodzaak 18 11 33 62 31,79% 133 68,21% 195
Spoedprocedure 1 0 1 2 2,90% 67 97,10% 69
Totaal 37 35 105 177 33,33% 354 66,67% 531